Verminkte en getekende mensen 

 

  • 18- 20 miljoen vaders en moeders verliezen een zoon. Bijkomend op het rouwproces zitten velen van hen met een schuldgevoel opgezadeld: ‘Heeft de oudere generatie wel voldoende ondernomen om het bloedbad van hun zonen te vermijden?’ ‘Het treurende ouderpaar’, een beeld van Kate Kollwitz toont  geknielde ouders, smekend om vergeving voor een oorlog die zij niet wisten te voorkomen.
  • Miljoenen kinderen verliezen hun vader en worden zo oorlogswees.
  • 20 miljoen soldaten lopen lichamelijke of psychische schade op ( oa. Shell shock) , 12% van alle gewonden hebben zeer ernstige verminkingen aan het gezicht en verliezen zo letterlijk hun identiteit: les Gueules cassées. Hun thuiskomst veroorzaakt een shockeffect.
  • In de nasleep van deze oorlog, in 1918-1919, sterven 20 miljoen mensen aan de Spaanse griep.
  • 5% van alle oorlogsslachtoffers zijn ongewapende burgers.
  • 590.000 Belgische vluchtelingen leven in het buitenland, voornamelijk in Frankrijk (325.000).
  • Er heerst grote hongersnood in grote delen van Oost-Europa en Rusland, waarna de Amerikaan Hoover een massale hulpcampagne opstart. Met als resultaat dat in 1921 honderdduizenden kinderen in 191 Russische steden en dorpen Amerikaanse voedselhulp krijgen.
  • Re-integratie verloopt moeizaam: halfweg de jaren twintig is ongeveer 80% van de werklozen in Engeland bijv. een oorlogsveteraan. Veteranen vinden hun ‘draai’ niet meer in de burgerlijke samenleving en voelen zich als vreemden in hun eigen thuis. De oorlog zit nog steeds - als een ziektekiem - in hun bloed … Heel wat huwelijken lopen op de klippen.
  • Na de oorlog probeert iedereen de zin van deze slachting en het lijden te doorgronden. Er ontstaan bedevaartstochten naar de slachtvelden en later naar de vele kerkhoven in de frontstreek. Telkens weer proberen mensen door hun herinneringsprak-tijken allerlei banden te zoeken met het verleden, met elkaar en met hun geliefde doden. Dat is het effect en de waarde van de herinnering.
  • Uit recent genetisch onderzoek blijkt dat diepe traumatische ervaringen en negatieve omgevingsfactoren een invloed hebben op de werking van menselijke genen: sommige genen worden erdoor actief, andere worden uitgeschakeld (‘trigger-effect ‘).Sommige wetenschappers stellen zelf dat deze effecten een genetische weerslag hebben op nakomelingen in de tweede graad. Tot op heden werden deze genetische littekens bij de miljoenen kleinkinderen van voormalig Wereldoorlog I soldaten nooit onderzocht.
  • Niet gekend zijn het aantal:
    • Zelfdodingen onder de teruggekeerde soldaten. De Falkland oorlog in 1982 heeft ons wel een idee over de impact van deze problematiek. Van de 10.000 Britse soldaten die deelnemen aan de strijd, sterven er 252 in de gevechten zelf. 200 (2%) plegen zelfmoord na hun thuiskomst. Ze kunnen niet meer leven met de traumatische ervaringen opgedaan in deze korte oorlog. Deze soldaten zijn nochtans veel beter voorbereid op gevechtssituaties dan de WOI soldaten. Vertaald naar WOI normen houdt dit in dat minstens 1.400.000 soldaten thuis in alle stilte zelfmoord plegen.
    • Aantal verkrachtingen en buitenechtelijke kinderen.